Spieronderzoek en activatie – wat EMG-onderzoek leert over training
EMG staat voor elektromyografie. Het is een manier om elektrische activiteit van spieren te meten. Daarmee wordt zichtbaar welke spieren aan staan, welke juist te weinig bijdragen en hoe beweging wordt aangestuurd. Voor fysiotherapeuten zijn deze inzichten waardevol. Ze laten zien waarom iemand pijn krijgt, waarom een beweging inefficiënt is en wat nodig is om de spieractivatie te verbeteren.
In dit artikel lees je wat EMG-onderzoek ons heeft geleerd over spieren, waarom activatie zo belangrijk is en hoe deze kennis wordt toegepast in training en revalidatie binnen MoveWell.
Wat is spieractivatie precies?
Spieractivatie is de elektrische aansturing van een spier. Wanneer je een beweging maakt stuurt het zenuwstelsel elektrische signalen naar de spiervezels. Hoe krachtig en precies dat signaal is bepaalt:
– hoe sterk de spier werkt
– hoe snel hij reageert
– hoe goed hij samenwerkt met andere spieren
Activatie is dus niet hetzelfde als kracht. Iemand kan sterke spieren hebben maar toch bewegingen minder efficiënt uitvoeren doordat de aansturing niet optimaal is. EMG-onderzoek heeft duidelijk gemaakt dat timing een groot verschil kan maken. Een goed getrainde spier die net te laat wordt geactiveerd kan al zorgen voor overbelasting of instabiliteit.
Wat meet EMG precies?
EMG registreert de elektrische activiteit van spieren. Dat gebeurt met kleine sensoren die op de huid worden geplaatst. Ze meten wanneer de spier aanspant en hoe intens die aanspanning is.
Fysiotherapeuten gebruiken EMG om te begrijpen:
– welke spieren overactief zijn
– welke spieren te weinig bijdragen
– hoe de timing van beweging verloopt
– hoe belasting over spiergroepen verdeeld is
– of een oefening de juiste spier stimuleert
Deze inzichten helpen om gerichte keuzes te maken in training.

Waarom timing belangrijker kan zijn dan kracht
Onderzoek laat zien dat bij veel klachten timing van spieractivatie een grote rol speelt. Dat geldt vooral bij:
– lage rugklachten
– schouderpijn
– knie-instabiliteit
– spring- en hardloopblessures
– enkelverzwikkingen
Bijvoorbeeld:
– Wanneer de diepe rompspieren te laat reageren moet de rug dat compenseren. Dat leidt tot overbelasting.
– Wanneer de bilspier te weinig of te laat meewerkt wordt de knie instabieler.
Een sterke spier is dus niet genoeg. De spier moet op het juiste moment aan staan.
Wat EMG-onderzoek vertelt over de kernspieren
De diepe rompspieren spelen een grote rol bij stabiliteit. EMG-onderzoek heeft laten zien dat:
– deze spieren vaak te laat reageren bij rugklachten
– goed getrainde mensen een eerdere en rustigere activatie laten zien
– te lage spanning net zo ongunstig is als te hoge spanning
– hele snelle samentrekkingen niet nodig zijn voor stabiliteit
Daarom werkt een goede coretraining niet met explosieve bewegingen, maar met gecontroleerde activatie, ademhaling en spanning.

Waarom sommige spieren te veel werken
Veel klachten ontstaan doordat bepaalde spieren overactief raken. Dat is meestal geen teken van kracht, maar van compensatie. EMG-onderzoek laat zien dat overactieve spieren vaak proberen te stabiliseren wanneer andere spieren hun taak niet goed uitvoeren.
Voorbeelden:
– spieren rond de nek die te hard werken bij een zwakkere bovenrug
– hamstrings die overactief worden wanneer de bilspieren te weinig meedoen
– kuitspieren die te veel werk oppakken bij instabiele enkelcontrole
Dit maakt duidelijk waarom fysiotherapie niet alleen focust op versterken, maar ook op balans en samenwerking.
Hoe EMG beweging begrijpt in plaats van losse spieren
Een van de belangrijkste inzichten uit EMG-onderzoek is dat spieren nooit op zichzelf werken. Ze vormen patronen. EMG laat zien hoe spiergroepen samenwerken als ketens die bewegingen soepel en krachtig maken.
Dit is belangrijk voor:
– lopen
– tillen
– rennen
– springen
– stabiliteit tijdens dagelijkse beweging
Fysiotherapie richt zich daarom op patronen, niet op afzonderlijke spieren.
Wat EMG zegt over schouderklachten
Schouderpijn is vaak het gevolg van een verstoorde samenwerking tussen schouderbladspieren, rotatorcuff en romp. EMG-onderzoek toont dat:
– de romp en het schouderblad eerst moeten stabiliseren
– de rotatorcuff daarna voor controle zorgt
– te late activatie van deze spieren leidt tot irritatie
– goede techniek belangrijker is dan zwaar trainen
Daarom werken schouderprogramma’s met rustige, gecontroleerde bewegingen.

Wat EMG zegt over kniecontrole
Bij knieklachten speelt de samenwerking tussen bilspieren, bovenbeenspieren en romp een grote rol. EMG-onderzoek toont dat:
– sterke bilspieren de knie helpen sturen
– te late activatie meer belasting geeft op de knie
– balansoefeningen belangrijk zijn voor coördinatie
Daarom zijn functionele oefeningen zoals lunges, step downs en squatvariaties belangrijk voor herstel.
De rol van ademhaling in spieractivatie
Onderzoek laat zien dat ademhaling invloed heeft op het zenuwstelsel en de spanning in spieren. Wanneer iemand hoog ademt ontstaat er sneller overactiviteit in schouders en nek.
Goede ademhaling maakt activatie efficiënter en helpt bij ontspanning van overactieve spieren.
Waarom motorisch leren centraal staat in training
Spieractivatie verandert niet alleen door sterker te worden. Het brein moet nieuwe patronen aanleren. Dat heet motorisch leren. EMG-onderzoek laat zien dat beweging verbetert door:
– herhaling
– variatie
– feedback
– ritme
– bewustwording
Daarom werken bewegingsoefeningen het best als je ze regelmatig doet en op verschillende manieren herhaalt.

Hoe fysiotherapeuten activatie trainen
Binnen MoveWell wordt activatie opgebouwd in fases.
– Fase 1: Bewustwording. Je leert voelen welke spier moet werken.
– Fase 2: Lichte activatie. Je oefent met kleine en gecontroleerde bewegingen.
– Fase 3: Belasting verhogen. De spieren gaan samenwerken in grotere bewegingen.
– Fase 4: Functionele training. Je traint bewegingen zoals lopen, rennen, tillen of springen.
Deze aanpak sluit nauw aan bij wat EMG-onderzoek laat zien.
Voorbeelden van activatie-oefeningen
Goede activatie-oefeningen zijn vaak klein, precies en bewust uitgevoerd.
Voorbeelden:
– lichte bilactivatie in zijlig
– diepe rompspanning in combinatie met rustige ademhaling
– shoulder external rotation met gecontroleerde beweging
– kuitactivatie in langzame opstapbewegingen
Het doel is niet om moe te worden, maar om controle op te bouwen.
Wat technologie toevoegt aan activatietraining
Binnen het FysioLab gebruikt MoveWell digitale tools om activatie inzichtelijk te maken.
– Digitale houdingsanalyse toont hoe spieren samenwerken.
– Krachtmetingen maken zichtbaar of links en rechts in balans zijn.
– Bewegingsanalyse laat zien wanneer een beweging te snel of te rommelig verloopt.
Technologie zorgt voor duidelijkheid en motivatie.

Waarom je activatie niet voelt tijdens krachttraining
Veel mensen denken dat een oefening alleen goed is als ze hun spieren voelen branden. EMG laat zien dat dit niet altijd klopt.
Effectieve activatie ontstaat vaak juist bij gecontroleerde bewegingen zonder veel vermoeidheid.
Anders gezegd:
Activatie is neurale training. Kracht is spiertraining. Je hebt beide nodig.
Wanneer activatieproblemen leiden tot klachten
Activatieproblemen zijn vaak betrokken bij:
– peesklachten
– lage rugpijn
– schouderinstabiliteit
– knieklachten zoals runner’s knee
– enkelverzwikkingen
– overbelasting in werkhouding
Een samenspel van verkeerde timing en te weinig controle maakt de structuur gevoeliger.
Conclusie
EMG-onderzoek heeft veel duidelijk gemaakt over hoe spieren werken en waarom sommige bewegingen klachten geven. Het laat zien dat timing, samenwerking en controle minstens zo belangrijk zijn als kracht. Moderne fysiotherapie gebruikt deze inzichten om training slimmer, specifieker en persoonlijker te maken.
Bij MoveWell wordt spieractivatie doelgericht getraind met duidelijke uitleg, rustige opbouw en technologie die helpt om vooruitgang zichtbaar te maken. Een sterke spier is mooi, maar een spier die op het juiste moment aanspant voorkomt klachten en geeft duurzame controle over je bewegingen.

❓ FAQ – Spieronderzoek en activatie
EMG meet de elektrische activiteit van spieren en laat zien wanneer en hoe sterk ze aanspannen.
Niet altijd. Je kunt sterke spieren hebben die niet efficiënt worden aangestuurd.
Ja. Betere timing en samenwerking zorgen voor minder overbelasting.
Veel mensen merken binnen enkele weken al verschil in controle.
Het kan helpen, maar een ervaren fysiotherapeut ziet ook veel met het blote oog.

Wil je een persoonlijk herstelplan voor jouw blessure?
Ons team van fysiotherapeuten helpt je om de juiste balans in belasting te vinden, zodat je blessure snel, veilig en duurzaam herstelt.
