De schouder bestaat uit drie gewrichten het ac gewricht (dak van het schouderblad en het sleutelbeen), het glenohumerale gewricht (de aansluiting van de kop en de kom van de bovenarm), het schouderblad en het scapulothoracale gewricht (het gewricht wat tussen het schouderblad en de romp beweegt). De rotatorcuff spieren en pezen houden de schouder in de kom. De slijmbeurzen zorgen voor een soepele beweging van de gewrichten.
Door de beweeglijkheid van de schouder en de vele spieren die er omheen lopen kunnen er op verschillende plaatsen zenuwen of vaten bekneld raken. De vaten en of zenuwen kunnen ingeklemd zitten tussen de eerste rib en het sleutelbeen of ingeklemd zijn onder een spier tijdens het heffen van de arm.